Uw zoekacties: Documentatie ondergronds

Documentatie ondergronds ( Gemeente Groningen Erfgoed )

beacon
1  documenten
sorteren op:
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Publicatie ondergronds
7. Zerniketerrein, nabij kasteelterrein, meerdere onderzoeken:, 2016, 2017, 2018
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Titel publicatie:
Hervonden Stad 2019 (pag. 021-023)
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Archis:
4008960100, 4575426100, 4565641100, 4624196100, 4636898100
MON nummer:
112056, 112121, 112155
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Samenvatting:
Opgraving en begeleiding De Pondematen: Aanleiding: De aanleg van een geothermische bron. Door twee van de vijf opgravingsputten (putten 1 en 3) lopen recentelijk gedempte delen van grachten. Aan weerszijden zijn delen van oudere grachten gevonden die gedateerd kunnen worden in de late middeleeuwen. Deze grachten sluiten aan op tijdens eerder archeologisch onderzoek gevonden grachten en behoorden tot de grachten rondom een noordelijk en zuidelijk podium van een kasteelterrein (datering tussen de twaalfde en veertiende eeuw). Ook tijdens de archeologische begeleiding is een deel van een gracht gevonden dat vermoedelijk het westelijk deel vormde van een gracht rondom steenhuisterrein uit de vroege dertiende eeuw dat direct grensde aan het zuidelijke podium van het kasteelterrein.
In de putten 2 en 4 van de opgraving zijn enkele smalle greppels opgegraven. Ook zijn hier twee kuilen en een laatmiddeleeuwse drenkkuil gevonden. In de meest westelijke put is behalve enkele greppels een; slootrestant gedocumenteerd dat geïnterpreteerd is als een bermsloot van een kleiweg die hier vermoedelijk gelopen heeft.
Ook tijdens de archeologische begeleiding is een deel van deze bermsloot gevonden. Deze kleiweg was min of meer noord/zuid georiënteerd en liep direct ten westen van het kasteel- en steenhuisterrein.
Op basis van de determinatie van het aardewerk en leer kan worden geconcludeerd dat de vindplaats dateert tussen de tweede helft van de twaalfde en de veertiende eeuw, met nadruk op de tweede helft van de dertiende eeuw en het begin van de veertiende eeuw. De dateringen van het nu aangetroffen materiaal komen overeen met de eerder opgegraven vindplaats.

De Bunders: Aanleiding: Bouwplannen. Zo worden parkeerplaatsen, toegangswegen en een opstelplaats voor noodstroomaggregaten aangelegd. De bodemopbouw bestaat uit een pakket opgebrachte grond, op een subrecente bouwvoor op een siltige kleipakket met een tot twee vegetatielagen met daaronder zwak zandige kwelderklei.
Onderzoeksjaar:
2016, 2017, 2018
Objectnaam:
7. Zerniketerrein, nabij kasteelterrein, meerdere onderzoeken:
Adressen:
Zernikelaan, De Bunders, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
archeologische begeleiding
Archeologische perioden:
IJZ-ROM, VME-NT
Opmerkingen:
De aanwezigheid van de subrecente bouwvoor toont aan dat de natuurlijke grond vrijwel niet verstoord is. De top van de natuurlijke ondergrond bevindt zich op circa 0,1 m +NAP. In boring 2 is een mogelijk archeologisch grondspoor aangetroffen. Gezien de stratigrafische ligging van dit mogelijke spoor dateert het vermoedelijk uit de IJzertijd/Romeinse tijd.
Gezien de intactheid van de bodem (onder de opgebrachte grond) en de nabijheid van bekende vindplaatsen in de directe omgeving bestaat er een kans op de aanwezigheid van archeologische vindplaatsen in het plangebied. Gezien de aard van de omliggende vindplaatsen gaat het waarschij;nlijk om resten van landinrichting (sloten/greppels) uit de IJzertijd/Romeinse tijd of de Vroege Middeleeuwen.
De resultaten van het onderzoek tonen aan dat in het plangebied intacte relevante archeologische lagen aanwezig zijn. Deze bevinden zich onder een recent opgebracht grondpakket met een dikte van 0,6-0,85 m. Indien de bodemroerende graafwerkzaamheden tijdens de nieuwbouw niet dieper rijken dan 0 m NAP is er vanuit archeologisch oogpunt geen belemmering voor de bouwwerkzaamheden. Geadviseerd wordt in dat geval geen verder archeologisch onderzoek uit te voeren.
Indien wel dieper dan 0 m NAP zal worden gegraven, wordt aanbevolen vervolgonderzoek uit te voeren. De vorm van dit onderzoek hangt af van de exacte diepte en locatie van de graafwerkzaamheden. Graafwerkzaamheden tussen 0 en 0,25 m –NAP zullen waarschijnlijk weinig tot geen archeologische relevante resten schaden. Geadviseerd wordt in dit geval de werkzaamheden onder archeologische begeleiding uit te voeren.
Indien de graafwerkzaamheden dieper dan 0,25 m –NAP reiken wordt een proefsleuvenonderzoek aanbevolen. Dit onderzoek heeft als doel informatie te verzamelen over de aard, omvang, datering, diepteligging, gaafheid, conservering en waarde van een eventuele archeologische vindplaats.